Categorieën
Actueel Media

Zwaailicht

Het is 12 mei 2010 wanneer in Tripoli, Libië, een vliegtuig van Afriqiyah Airways neerstort met daarin 104 inzittenden, waaronder 71 Nederlanders. Ook de ouders van Marieke Poelmann, Peter en Adri, zitten in het vliegtuig. Op één jongen na, overleeft niemand de ramp.

In deze aflevering van Zwaailicht praat presentator Wilfred Kemp met Marieke Poelmann over die onbeschrijfelijke dag waarop ze te horen kreeg dat haar ouders allebei waren omgekomen. Ze schreef daarover het boek ‘Alles om jullie heen is er nog’. Ook goede vrienden Johan en Marian Huitema halen herinneringen op. Assalina Hamming is vrijwilliger bij Slachtofferhulp en vertelt hoe ze Marieke en haar twee broers bijstond. Hoe ga je verder na zo’n ingrijpend verlies? Tenslotte komen de familieleden en vrienden, vijf jaar later, weer samen in de Dominicanenkerk in Zwolle om Peter en Adri te herdenken.

Bekijk de uitzending hier

Categorieën
Actueel Media Uitgelicht

EenVandaag

Bekijk hier het item

Marieke Poelmann is een van de sprekers op de besloten herdenking die vandaag plaatsvindt in Nieuwegein. Ze ziet het als een enorme eer en hoopt dat ze de nabestaanden van de MH17 iets kan meegeven. De ouders van Marieke kwamen om bij de Tripoli-ramp. Nu vijf jaar later heeft zij hier een boek over geschreven: ‘Alles om jullie heen is er nog’.

De speech die zij vandaag gaat voordragen heeft ze al een tijdje af. ‘Het begin gaat ieder geval over hoe ik het nieuws over de MH17 hoorde. Daarna leg ik uit hoe ik mijn mindset veranderde in de weken/maanden na de ramp. Eerst voelde ik mij nergens meer thuis, ik had geen thuis meer, want mijn ouders waren er niet. Later veranderde dat, toen realiseerde ik dat mijn ouders toch altijd een beetje bij mij zijn. De nadruk komt te liggen op: blijf volhouden, langzaamaan gaat het steeds beter’.

Marieke ziet ook grote verschillen tussen nu en vijf jaar geleden: ‘Dit is een ramp met hele heftige politieke gevolgen. Het is veel extremer allemaal. De nabestaanden van de MH17 zijn ook een stuk opener dan de nabestaanden van de Tripoli-ramp destijds.’

In EenVandaag een gesprek met Marieke, hoe gaat zij om met het verdriet nu vijf jaar later? En wat wil zij de nabestaanden van de MH17 mee geven?

Marieke Poelmann spreekt op herdenking MH17: luister een eerder gesprek met Radio EenVandaag hier terug

Categorieën
Actueel Artikelen

NRC: Kijk verder dan de tranen

Vandaag wordt de ramp met de MH17 herdacht. Veel Nederlanders zijn door de ramp geconfronteerd met rouw. Maar hoe kun je als omgeving het beste omgaan met nabestaanden? Marieke Poelmann schreef een handleiding in zeven stappen.

Door: MARIEKE POELMANN

Vandaag is het een jaar geleden dat vlucht MH17 van Malaysia Airlines werd neergehaald boven Oekraïne. De 196 omgekomen Nederlanders laten door het hele land ouders, kinderen, broers, zussen, grootouders, vrienden, buren en collega’s achter. Voor nabestaanden is het gemis er niet alleen vandaag, maar elke dag van het jaar. Hoe kan de omgeving van een nabestaande daar het beste mee omgaan? Voor rouw bestaat geen recept, maar voor medeleven misschien wel. Een korte ‘rouwhandleiding’, in zeven stappen.

1. Besef dat rouw niet zomaar over is

Aan rouw zit geen houdbaarheidsdatum. Het gemis gaat nooit meer over, want de overledene komt nooit meer terug. Verdriet sluimert, verstopt zich soms voor korte tijd, maar komt op onverwachte momenten weer terug. Net als je denkt dat het wel weer gaat. Dat proces is verwarrend en kan jaren duren. Voor nabestaanden kan het erg pijnlijk zijn als iemand uit de omgeving zegt: ‘het zal nu wel weer gaan’, of ‘het leven gaat door’. Besef dat als iemands ouders overlijden, ook zijn of haar leven als kind sterft.

2. Deel je herinneringen

Gelukkig zijn er een heleboel dingen die je wél kunt doen als iemand een dierbare verliest. Het delen van je herinneringen aan de overledene bijvoorbeeld. Een brief, kaart of verhaal uit onverwachte hoek waarin iemand vertelt hoe ze naast jouw moeder in de klas zat of wat voor streken je vader uithaalde in zijn studententijd, helpt enorm. Wanneer je met de nabestaanden je herinneringen aan de overledene(n) deelt, geef je hen namelijk een klein stukje terug van de persoon die ze zijn verloren. Een stukje dat ze misschien nog niet kenden.

3. Ontloop een nabestaande niet

Iemand die rouwt, bijt niet. Sommige mensen vinden het moeilijk om een nabestaande te benaderen. Ze zijn bang om iets verkeerds te zeggen, of vinden het (onbewust) een eng idee dat de dood zo dichtbij komt. Maar helemaal niets zeggen is veel erger dan iets verkeerds zeggen. Praten over de overledene is de enige manier waarop je iemand levend kunt houden. En praten met een nabestaande maakt dat zware rouwproces een beetje minder eenzaam. Dat is belangrijk; rouwen doe je namelijk alleen, maar herdenken en meeleven doe je met elkaar. Weet je niet zo goed wat je moet zeggen? Zeg dan: ‘ik ken je niet zo goed maar ik heb het gehoord en ik vind het heel erg en het houdt me bezig, hoe gaat het met je?’. Ontloop iemand niet. Het contrast met de ‘gewone wereld’ waar niets mee aan de hand lijkt, is groot voor iemand die rouwt. Als je diegene vermijdt, wordt dat contrast steeds groter. Spreek desnoods uit dat je niet goed weet wat je moet zeggen. ‘Er zijn geen woorden voor’, wordt vaak gezegd. Maar die zijn er wel degelijk. Je hoeft geen complete toespraak te houden. Zeggen dat je aan iemand denkt, is vaak al voldoende.

Verder lezen?

Categorieën
Actueel Media

VIVA

In mijn nachtmerries zie ik ze weer in dat vliegtuig zitten

Door: ANNEMARIE VAN LOOIJ

De ouders van Marieke Poelmann (27) vertrokken vijf jaar geleden op een droomreis naar Zuid-Afrika. Op de terugweg crashte hun vliegtuig bij Tripoli. Marieke schreef er het boek ‘Alles om jullie heen is er nog’ over.

“Vorig jaar. Ik ben op fietsvakantie met mijn vriend. We fietsen van Amsterdam naar Berlijn en als we bij een camping aankomen, zet ik mijn telefoon aan. Gemiste oproepen. WhatsApp-jes. ‘Ik denk aan je meis!’ ‘Wat zal dit een moeilijk moment voor je zijn.’ Ik heb geen idee wat er aan de hand is en krijg een onbestemd gevoel. Het is 17 juli 2014. In Oekraïne is een vliegtuig neergestort. Een vliegtuig vol Nederlanders. Het is alsof ik vijf jaar terug in de tijd geslingerd word. Als ik het nieuws teruglees op mijn telefoon, zeg ik tegen mijn vriend dat ik het gevoel heb dat ik iemand aan boord ken. Hoe groot is de kans?”

In VIVA 28, 8 t/m 14 juli

Categorieën
Actueel Media

EenVandaag Radio

Deze maand is het alweer een jaar geleden dat op 17 juli vlucht MH17 in de Oekraïne werd neergeschoten. In totaal kwamen 298 mensen om, onder wie 196 Nederlanders.

Deze week blikken we bij Radio EenVandaag terug op de fatale vliegramp: nabestaanden pakken de draad langzaam weer op, maar worden nog regelmatig geconfronteerd met berichtgeving over de MH17.

Op 17 juli is er een herdenking in Nieuwegein voor de nabestaanden, een van de sprekers tijdens deze bijeenkomst is 27-jarige Marieke Poelmann. Zij verloor haar ouders bij de Tripoli ramp in 2010 en heeft daar een boek over geschreven ‘Alles om jullie heen is er nog.’ In Radio EenVandaag een gesprek met Poelmann over wat zij heeft meegemaakt.

Beluister hier het interview

Categorieën
Actueel Media Uitgelicht

JAN Magazine

LEVENSVERHAAL

Ruim vijf jaar geleden verliest Marieke Poelmann (27) haar beide ouders bij de vliegramp in Tripoli. De eerste weken is het verdriet te groot om erbij te kunnen. Toch zit ze vijf dagen na de begrafenis zelf weer in het vliegtuig. ‘Je bent altijd sterker dan je denkt.’

Interview: Nienke Pleysier
Fotografie: Brenda van Leeuwen
Visagie: Ronald Huisinga

In het julinummer uit 2015 van JAN Magazine.

Categorieën
Actueel Artikelen

Je kunt nooit meer ongestraft onredelijk zijn

Laatste deel in een korte serie over hoe jongeren omgaan met rouw en verlies. Vandaag: Jojanneke van den Bosch. Zij verloor beide ouders. „De omgeving kan een stukje van de rol van ouders overnemen. Niets doen is in elk geval nooit goed.”

Door: MARIEKE POELMANN

Hoe is het om jong je ouders te verliezen en hoe kan de omgeving van een wees daar het beste mee omgaan? Communicatiedeskundige Jojanneke van den Bosch (39) geeft antwoorden op vragen als deze, vragen die mensen vaak niet durven te stellen. Want de dood is nog steeds taboe. Met haar website weeswijzer.nu en haar boek Zo, nu ben je wees wil Van den Bosch haar eigen ervaringen als weeskind gebruiken om anderen te helpen. Ze verloor haar vader en moeder vijf maanden na elkaar en kwam er op haar veertiende samen met haar zus alleen voor te staan.

„Weeskinderen vallen niet op in onze maatschappij omdat we een geconditioneerd beeld hebben bij een weeskind. Mensen denken aan Oliver Twist, Annie of Harry Potter. Iemand die heel zielig of heel stoer is. Bovendien is het vaak een taboe. Niet omdat weeskinderen zelf een taboe zijn, maar sterfelijkheid is dat wel. Als je hoort van je kind dat de moeder van een klasgenoot is overleden, denk je: verdorie, dat had ik kunnen zijn.”

Ik wil dat mensen weten hoeveel kinderen hun ouders verliezen in Nederland. Die cijfers heb ik zelf uitgerekend, het CBS had er nooit onderzoek naar gedaan. Later zagen ze daar blijkbaar toch aanleiding toe: in 2013 publiceerde het CBS dat er 34.000 wezen (beide ouders overleden) en halfwezen (één ouder overleden) onder de 18 jaar zijn in Nederland. Elk jaar komen daar volgens het CBS 6.000 (half)wezen bij. Maar als je 20 bent, ben je eigenlijk ook nog een kind. Wanneer je tot 23 jaar erbij rekent, komt er nog een kwart bij.

Verder lezen?

Categorieën
Actueel Artikelen

Ik knok omdat mijn moeder dat ook deed

Korte serie over hoe jongeren omgaan met rouw en verlies. Vandaag: Linda de Best. Zij verloor haar vader toen ze een kleuter was, en haar moeder bij een ongeluk. „Zie wat je wél hebt, niet wat je niet hebt.”

Door: MARIEKE POELMANN

Linda de Best (25) was pas vier jaar oud toen haar vader zijn leven beëindigde door voor de trein te springen. Zelf leed ze op dat moment aan leukemie. Linda bleef samen met haar moeder achter, en genas van de leukemie. Ze groeide op als een gelukkig kind en had een hechte band met haar moeder. Totdat die vorig jaar door een auto werd aangereden. Haar moeder raakte in coma en overleed ook. Linda vertelt hoe het verlies van haar ouders haar leven bepaalt, toen en nu.

„Op de kleuterschool stak ik mijn vinger op en zei ik: ‘Mijn vader is dood’. Ik werd de klas uitgestuurd, andere kinderen mochten het niet horen. In de aantekeningen van mijn moeder vond ik dit voorval terug, zelf kan ik het mij niet meer herinneren. Mijn moeder hield in die tijd een dagboek bij. Ik vond de schriftjes pas na haar dood. Ik las dat ze soms ook wanhopig is geweest, dat heb ik nooit geweten. Het liefst had ik er met haar over willen praten.

Verder lezen? 

Categorieën
Actueel Artikelen

In welke woorden zet ik het op Facebook?

Korte serie over hoe jongeren omgaan met rouw en verlies. Vandaag: Katja Renkers. Zij verloor haar ouders en broer nog geen jaar geleden bij de ramp met de MH17. Hoe een persoonlijk verlies publiek wordt via media en social media.

Door: MARIEKE POELMANN

Katja Renkers (20) was 19 toen haar ouders en broertje Tim vorig jaar omkwamen bij de ramp met het MH17-toestel. Ze woonde nog thuis. Omringd door foto’s van haar vader, moeder en broertje vertelt Katja vanuit haar ouderlijk huis hoe het is als je persoonlijke verlies publiek wordt via media en social media.

Veel plezier en Ik hou van je hebben we nog tegen elkaar gezegd in de familie-whatsappgroep. Tien minuten voor hun vertrek. Die whatsappgroep heb ik maar twee keer durven openen na 17 juli. Een week na de ramp stond alles er nog in. Een paar maanden later de melding dat mijn moeder uit de groep was verwijderd en mijn broertje de groep had verlaten. Ik schrok. Nog steeds begrijp ik het niet. Het moet betekenen dat iemand anders hun nummer of telefoon gebruikt. Waarom zou je dat doen? En hoe kan het dat zo’n telefoonnummer gewoon nog werkt?

Ik huilde toen ik ze wegbracht. Stom vond ik dat, ik zou ze toch gewoon over vier weken weer zien? Mijn eigen vakantie met vriendinnen was al geboekt, anders was ik met ze meegegaan. Bij het wegrijden keek ik nog een laatste keer naar Tim en mijn ouders in de achteruitkijkspiegel. Bijna reed ik tegen een andere auto aan. Gelukkig zag mijn vader het niet, ik reed in zijn leaseauto. Ze waren bezorgd of ik wel veilig thuis zou komen vanaf Schiphol met die auto. Was ik maar bezorgd om hen geweest.

Verder lezen? 

Categorieën
Actueel Artikelen

Ik wil niet onverschillig zijn

Korte serie over hoe jongeren omgaan met rouw. Vandaag deel twee: Ingrid Burggraaff. Zij verloor haar ouders en broer bij het vliegongeluk in Tripoli. Ingrid moest eerst de rampplek zien om hun dood te kunnen beseffen.

Door: MARIEKE POELMANN

Ingrid Burggraaff (35) verloor haar ouders en jongere broer bij de vliegramp in Tripoli. Als enige van het gezin bleef Ingrid achter. Ze besloot vijf dagen na de ramp zelf naar Libië af te reizen en vertelt hoe dat bezoek haar hielp om de realiteit onder ogen te zien.

„Ik wilde naar ze toe. De regering raadde het ons af, maar ik moest bij ze zijn. Ik wilde mijn vader, moeder en broertje niet alleen laten daar, ver weg, in dat vreemde land. Vijf dagen na het ongeluk zat ik in het vliegtuig naar Tripoli. De identificatiegegevens had ik in de dagen daarvoor aan de familierechercheurs doorgegeven en er was DNA-materiaal bij me afgenomen, ik kon weg. Ik werk voor een internationaal bedrijf en mijn collega’s hadden ervoor gezorgd dat mijn vlucht en visum geregeld waren. Bij aankomst op het vliegveld in Tripoli was het chaos. Ik vond het zo erg dat het daar was gebeurd, niets voor mijn ouders. De vakantie naar Zuid-Afrika was niet iets wat ze zomaar deden. Het was de tweede keer dat ze buiten Europa kwamen en alles werd zorgvuldig bedacht en voorbereid. Tripoli had slechts een tussenlanding voor ze moeten zijn. Op het vliegveld hing een vijandige sfeer. Een vervallen aankomsthal met gewapende mannen. Mijn man en ik werden in een kamertje geplaatst. „Wat doe ik hier?”, dacht ik. Ik probeerde uit te leggen waar we voor kwamen, maar niemand sprak Engels. Uiteindelijk bleken onze visa gewoon klaar te liggen achter de douane. Daar ving het bedrijf Kenyon Disaster Management ons op. Ze hadden zelfs een Nederlandse tolk geregeld.

Verder lezen?