Categorieën
Actueel Media

De Telegraaf

Zonder kinderen, zonder ouders

De ouders van schrijfster Marieke Poelmann (34) zaten aan boord van het vliegtuig dat twaalf jaar geleden neerstortte in Tripoli. Over die heftige gebeurtenis schreef ze al eerder een boek. Onlangs verscheen de opvolger Een eiland in de tijd, over het heftige fertiliteitstraject dat zij en haar man doorlopen. Door de dood van haar ouders krijgt haar onvervulde kinderwens nog maar lading.

Door: Sabine Leenhouts

Wat wil je met het schrijven van dit boek bereiken? 

“Ik hoop vrouwen aan te spreken die hetzelfde doormaken als ik en aan de reacties die ik terugkrijg, is te zien dat dat lukt. Vrouwen voelen zich iets minder eenzaam en meer gehoord. Een tweede reden om het te schrijven was om de omgeving van deze vrouwen en ook die van mezelf, duidelijk te maken wat een dergelijk vruchtbaarheidstraject inhoudt. Ik wilde woorden geven aan iets wat ik meemaak en waar anderen niet altijd woorden voor hebben. Ook is onvruchtbaarheid moeilijk te begrijpen als het jou niet persoonlijk overkomt. Ik hoop iets meer begrip te kweken zodat men wat invoelender of wat tactischer reageert. Ik krijg namelijk vaak de reactie dat vrouwen zich niet begrepen voelen. En daarbij komt dat bijna iedereen die probeert zwanger te worden zich ook begeeft tussen stellen bij wie het wél lukt. Dus ik hoopte te kunnen laten zien hoe het is om een van die zes stellen te zijn bij wie zwanger worden niet vanzelfsprekend is.”

Hoe vond je man het dat je alles wat jullie samen meemaken opschreef?

“Hij heeft meegelezen en meegedacht met het verhaal. Dat neemt niet weg dat het voor hem ook heftig is dat ons verhaal er nu voor iedereen is. Ook dat het er nu nog vaker over gaat dan voorheen. Daarbij zijn we ook nog niet gestopt met proberen een kind te krijgen. In het boek lees je in het laatste hoofdstuk dat er zes embryo’s zijn ingevroren. Ik heb net een terugplaatsing gehad die niet gelukt is. Dus wij zitten er nog middenin en dat is niet altijd makkelijk. Maar ik word zo geraakt door alle mensen die ons schrijven. Ook oudere mensen die aangeven dat ze op latere leeftijd dan ook nog kleinkinderen missen omdat ze zelf geen kinderen hebben. Verdrietig, maar wel iets waar we nu ook rekening mee kunnen houden.”

Hebben jullie ook bedacht hoe lang je hier mee door zou willen gaan?

“We hebben ons nu voorgenomen dat we na deze zes embryo’s stoppen. Maar ik wil mezelf niet vastpinnen op mijn voornemens. Want gevoel is belangrijk en ik wil daar graag naar luisteren. Misschien ben ik er na die zesde terugplaatsing nog wél aan toe. Ik zie het dan wel.”

Waar komt de schaamte rondom vruchtbaarheidsproblematiek vandaan?

“Het betreft natuurlijk het meest privé gedeelte van je lichaam. Je seksleven, je reproductieve organen, noem maar op. En daarnaast hoor je er niet helemaal bij als je jezelf niet voort kunt planten. En dat voel ik zelf ook wel zo. Ik was er in het begin ook niet zo open over. Ik hoopte gewoon snel zwanger te zijn en dan hoefden we het nergens meer over te hebben. 

Jouw behoefte om de meest persoonlijke zaken te delen, waar komt dat vandaan?

“Ik schreef al eerder over het verlies van mijn ouders en hoe het is om op tweeëntwintigjarige leeftijd wees te worden. Ik kreeg daarop zo ontzettend veel mooie reacties die me hielpen, waardoor ik ook nu weer koos om op te schrijven wat me bezighoudt. Als je alles voor jezelf houdt dan wordt het zo eenzaam, de kuil van verdriet en duisternis lijkt dan dieper te worden. Als je het naar buiten brengt, als het ware in het licht houdt, dan voelt het ook lichter en minder zwaar.”

Je zegt dat alles een nieuwe lading kreeg doordat je ouders overleden. Hoe bedoel je dat?

“Er is iets zo ongelofelijk misgegaan in mijn leven door het plotselinge verlies van mijn ouders, dat het soms moeilijk is om vertrouwen te blijven houden op een goede afloop. Daarbij is de leegte ook dubbelop. Ik kan niet terugvallen op mijn ouders en mis het anker aan die kant. Maar ook voor de toekomst zit er nu een leegte. Ik stel mezelf vragen als ‘kan ik dingen die ik zelf van mijn ouders leerde, doorgeven aan mijn eigen kinderen? Ga ik dingen van mijn ouders terugzien in mijn eigen kinderen? Krijg ik daardoor iets van mijn vader en moeder terug of gaat het nooit lukken en raak ik ze daar dan ook nog in kwijt?’ Vraagstukken die het wel beladen maken.”

Is dit alles opschrijven ergens nog therapeutisch voor je?

“Nee hoor. Ik denk dat het goed is om er over te schrijven maar het is voor mij niet als therapie. Daarbij zitten wij hier niet thuis alleen maar verdrietig te zijn. Mijn man en ik hebben een verbond met elkaar dat we nooit eerder hebben ervaren en we kijken uit naar onze toekomst samen. Ook zonder kind. Ik denk eigenlijk dat je altijd een keuze hebt. Of iets haalt je onderuit of je buigt dat wat er misgaat om naar iets wat wel goed voor je werkt. Een gezin is misschien ook niet zaligmakend. Misschien ondervinden we nieuwe vrijheden en gaan we een jaar over de wereld zwerven. Het was niet zo dat het leven stopte toen ik mijn ouders verloor, maar het stopt ook niet als er geen gezin komt. Die wetenschap geeft mij kracht.”

Dit interview verscheen in De Telegraaf van 13 april.